Ibrahim Afellay: Als vanouds

Foto:

Na bijna twee jaar maakte de 28-jarige Ibrahim Afellay (47 caps, 6 goals) tegen Kazachstan en IJsland zijn rentree bij Oranje. De middenvelder van het Griekse Olympiakos, verhuurd door Barcelona, speelde alsof hij niet was weggeweest en bekroonde dat met onder meer een treffer.

Hoe was het om terug te keren bij Oranje?

,,Dat was natuurlijk fantastisch. Ook omdat het zo vertrouwd was. Zoveel was er niet veranderd. Zo kende ik de meeste jongens nog goed. Bovendien blijft het gewoon mooi om geselecteerd te worden. Dat gevoel verdwijnt echt niet na de eerste interland. Ik voel me elke keer een bevoorrecht mens als ik me moet melden bij het Nederlands elftal.’’

Heb je Oranje gemist?

,,Absoluut, ik kijk uit naar iedere interland. De sfeer bij Oranje is altijd heel plezierig en het is ook goed om af en toe even afstand te kunnen nemen van de dagelijkse hectiek bij de club. Maar voorop staat dat we bij het Nederlands elftal willen presteren, we blijven natuurlijk professionals.’’

Het WK ging aan jouw neus voorbij. Hoe heb je dat toernooi ervaren?

,,Als iets heel moois. Ze deden het fantastisch daar in Brazilië. Tegelijkertijd was het wel raar. Ik was er voor het eerst in drie eindtoernooien niet bij. In plaats daarvan zat ik thuis, te kijken als een supporter, samen met mijn familie.’’

Je dacht niet: daar had ik kunnen staan!

,,Nee, omdat Louis van Gaal steeds riep dat hij alleen spelers zou meenemen die bij hun club in de basis staan, wist ik dat het heel moeilijk zou worden. Dat gevoel had ik eigenlijk al in februari. Dat was wel jammer, want na al die blessure ellende was ik op de weg terug. Ik trainde bijvoorbeeld erg goed. Maar omdat Van Gaal volhield dat hij alleen basisspelers zou selecteren, zat er niks anders op dan het WK uit mijn hoofd te zetten.’’

Heeft het je verbaasd dat Oranje het in Brazilië zó goed deed?

,,Eerlijk gezegd niet. Vergeet niet dat we gewoon heel goede voetballers in de selectie hebben, met enorm veel talent en kwaliteit. Bovendien wist ik waartoe ze in staat zijn. Je moet soms alleen een beetje geluk hebben.”

Je hebt twee zware blessures gehad. Heeft dat van jou een andere voetballer gemaakt?

,,Nee, zeker niet. En bang om opnieuw geblesseerd te worden ben ik evenmin. Ik was hooguit op de eerste training wat voorzichtig, maar daarna ging ik er weer vol in. Als vanouds.”

Met als resultaat dat Guus Hiddink jou er vorige maand weer bij haalde. Was je verrast?

,,Nee, op zich niet. Bij Olympiakos, waar ik als nieuweling heel goed ben opgevangen door veel enthousiaste mensen, gaat het gewoon heel goed. Behalve dat ik fit ben, speel ik ook goed. En ik scoor zelfs weer regelmatig, zoals onlangs in de Champions League tegen Atlético Madrid.”

En je speelt in Griekenland grote wedstrijden.

,,Klopt. In de Champions League natuurlijk, en vorige maand nog tegen aartsrivaal Panathinaikos. Geloof me: dat zijn beladen en grote wedstrijden hoor. Daar wordt weken van tevoren over gesproken. En wat een sfeer, daar in het stadion. Ik had zoiets zelden meegemaakt.”

Die goede lijn zette je bij Oranje direct door. Tegen Kazachstan speelde je goed én je scoorde fantastisch!

,,Dat duel was sowieso super. Al zie ik dat niet als mijn mooiste interland. Natuurlijk, scoren is leuk. Helemaal voor Oranje. Maar dat is voor mij niet doorslaggevend. Het gaat meer om het gevoel. Daarom noem ik ook altijd mijn debuut tegen Slovenië in 2007 als mijn mooiste Oranjeduel ooit. De eerste keer dat je voor jouw land uitkomt, vergeet je echt nooit meer.”