Foto:
Het Nederlands elftal had zich geen beter begin van het wereldkampioenschap in Brazilië kunnen wensen. In Salvador won de ploeg van bondscoach Louis van Gaal met maar liefst 5-1 van regerend wereldkampioen Spanje.
Zoals Van Gaal een dag voor de wedstrijd al aankondigde, startte Nederland met de nummers één tot en met elf. Voor Wesley Sneijder betekende dat, dat hij voor de honderdste keer in actie kwam in het shirt van het Nederlands elftal. De jubilaris kreeg al vroeg in de wedstrijd een kans om de score te openen. Na zeven minuten bediende Arjen Robben de middenvelder, die wegliep uit de rug van zijn tegenstander. Oog in oog met Iker Casillas schoot Sneijder echter tegen de Spaanse doelman aan.
De mogelijkheid van Nederland was voor Spanje het teken om meer druk te zetten. Het leidde tot een aantal gevaarlijke uitbraken voor de ploeg van bondscoach Vincente Del Bosque. Diego Costa en David Silva braken een aantal keer door de Nederlandse verdediging, maar door adequaat ingrijpen van Ron Vlaar werd een tegendoelpunt voorkomen.
Strafschop
Een Spaanse treffer hing echter in de lucht. Toen Diego Costa voor de derde keer een gat in de Nederlandse achterhoede vond, werd hij in het zestien metergebied onderuit gehaald door Stefan de Vrij. Scheidsrechter Nicola Rizzoli kende een strafschop toe, die – ondanks dat doelman Jasper Cillessen in de goede hoek zat – feilloos werd binnengeschoten door Xabi Alonso.
Na de openingstreffer leken de Spanjaarden het wel welletjes te vinden en kreeg ook Oranje ruimte om aan te vallen. Het ontbrak bij het Nederlands elftal echter aan nauwkeurigheid in de eindpass. Nederland leek zich al te verzoenen met een achterstand bij rust, maar uit het niets kwam Oranje op gelijke hoogte. Een fraaie crosspass vanaf de middellijn van Daley Blind werd door Robin van Persie al even fraai over de voor zijn doel staande Casillas gekopt. Even daarvoor ontsnapte Nederland echter aan een 2-0 achterstand, toen Cillessen goed anticipeerde op een schot van Silva.
Wervelende tweede helft
De gelijkmaker gaf het Nederlands elftal het nodige vertrouwen. De mannen van Van Gaal kwamen feller uit de kleedkamer en konden elkaar gemakkelijker vinden op het veld. Nederland creëerde een overwicht en het betere spel werd acht minuten na rust beloond. Weer was Blind de aangever. De Ajacied vond Arjen Robben, die de bal knap aannam, controleerde en vervolgens achter Casillas schoot. Het leidde tot grote vreugde op de tribune bij de Nederlandse fans. Die feestvreugde werd alleen maar verder aangewakkerd toen Stefan de Vrij met zijn eerste treffer in het shirt van het Nederlands elftal Oranje op 3-1 zette. De verdediger van Feyenoord kopte van dichtbij een vrije trap van Wesley Sneijder binnen.
Spanje leek het spoor bijster. Maar het was nog niet gedaan met de Nederlandse dadendrang. Oranje bracht de Spanjaarden verder in verlegenheid, toen Van Persie na 72 minuten de vierde Nederlandse treffer op het scorebord bracht. Daarmee was de Spaanse ontmanteling nog niet compleet, want acht minuten voor tijd schoot Arjen Robben de 5-1 tegen de touwen. De score had zelfs nog hoger uit kunnen vallen, maar mogelijkheden van Van Persie (lat), Wijnaldum en Robben verdwenen niet in het Spaanse doel.
Zo kende Oranje, na een moeizame eerste helft, een droomstart op het WK en heeft de ploeg de eerste horde op weg naar de achtste finale genomen. Woensdag kan het Nederlands elftal de goede start een vervolg geven, als het in Porto Alegre tegen Australië speelt. Wanneer Oranje ook die wedstrijd wint, dan kan het de volgende ronde haast niet meer ontlopen.
Statistieken
Spanje - Nederland 1-5 (1-1)
Scoreverloop: 27. Xabi Alonso 1-0 (strafschop), 44. Van Persie 1-1, 53. Robben 1-2, 64. De Vrij 1-3, 72. Van Persie 1-4, 80. Robben 1-5.
Scheidsrechter: Rizzoli (Italië).
Gele kaart: Casillas (Spanje), De Guzman, De Vrij, Van Persie (Nederland)
Spanje: Casillas; Azpilicueta, Sergio Ramos, Piqué, Jordi Alba; Sergio Busquets, Xabi Alonso (63. Pedro), Xavi; David Silva (78. Fabregas), Diego Costa (62. Torres), Iniesta.
Nederland: Cillessen; Janmaat, De Vrij (77. Veltman), Vlaar, Martins Indi, Blind; De Jong, Sneijder, De Guzman (62. Wijnaldum); Robben en Van Persie (79. Lens).